Testrun uitvoeren

Om een testrun uit te voeren open je de testrun en klik je op de knop Uitvoeren. Vervolgens wordt het tabblad Testcases geopend in de ‘uitvoer modus’. In de kolom Tester kun je zien welke testcases aan jou zijn toegewezen. Deze testcases mag je uitvoeren. De testcases die zijn toegewezen aan een groep waar je deel van uitmaakt mag je ook uitvoeren. Achter de testcases die je kan uitvoeren bevindt zich de ‘Stappen uitvoeren’ knop. Hiermee kun je een testcase openklappen en per teststap de testresultaten invoeren. 

Achter een teststap kun je het testresultaat invoeren in het veld Resultaat. Achter iedere stap staan drie knopjes om de teststap status aan te passen:

 De teststap is Ok (resultaat is gelijk aan verwacht resultaat).

 De teststap is Niet Ok (resultaat is niet gelijk aan verwacht resultaat).

 De teststap wordt Overgeslagen (hoeft niet te worden uitgevoerd).

Met Reset kun je de status van de teststap terugzetten naar Niet uitgevoerd.

Wanneer je op Niet Ok klikt dan wordt direct een ‘lightbox’ geopend voor het maken van een nieuwe bevinding bij de teststap die je aan het uitvoeren bent. Zie Testrun bevindingen voor meer informatie hierover.

Wanneer de teststap statussen worden gewijzigd, zoals hierboven beschreven, dan wordt automatisch de testcase status aangepast. Zie verder Testcases status voor de werking.

Wanneer de testcase status wijzigt, zoals hiervoor beschreven, wordt de testrun status automatisch aangepast. Zie verder Testrun status voor de werking.


Uitleg icoon

De knop Uitvoeren is uitgeschakeld als een testrun geen testcases heeft of als een testrun de status Afgerond of Geannuleerd heeft. Wanneer je de testrun toch wilt uitvoeren dan kan dat op de volgende manier:

1. Voeg een teststap toe aan een testcase of voeg een nieuwe testcase toe;
2. Hierdoor gaat de status automatisch terug naar Gestart;
2. De knop Uitvoeren is nu weer ingeschakeld.